Woordweetje: ammehoela

Shah Amanullah Khan

Over Koning Bekijk-het-maar

Opeens, in de stoptrein van Nijmegen naar Den Bosch, presenteerde het zich. Zo’n woord dat je nog maar zelden hoort: ‘ammehoela’.  Het woord dat ik associeer met Amsterdamse tantes die boos zijn over het kwartje van Kok. Maar het was niet eens een veertigplusser. Nee, deze ‘ammehoela’ kwam uit de mond van een meisje, ergens in de twintig.

Door Ties Rohof

Het horen van dat zeldzaam gebruikte woord zette me aan het denken. Waar zou dat toch vandaan komen? Welnu, schijnbaar van een land hier ver vandaan.

Afghanistan om precies te zijn. Het woord hangt namelijk samen met de Afghaanse koning Ghazi Amir Amanoellah (ja, echt!), die regeerde van 1919 tot 1929.  De heerser vond dat zijn land hoognodig moest verwesteren. Om dat te bewerkstelligen, schafte hij de wetten af die het dragen van een boerka verplichtten en liet hij meisjes toe in het onderwijssysteem. Veel onderdanen konden zich niet in het nieuwe beleid vinden; de veranderingen gingen te snel en waren te radicaal voor de traditionele Afghanen. In 1924 kwam het tot een opstand die koning Amanoellah maar ternauwernood kon onderdrukken, maar hem uiteindelijk het koningschap kostte. In 1929 was Ghazi genoodzaakt om af te treden. De rest van zijn leven bracht hij door in ballingschap in verschillende Europese landen.

Koning Amanoellah kwam echter nooit in Nederland. Dat is misschien maar goed ook, want hij was hier inmiddels een lachertje geworden. Men tikte in de jaren twintig met de hand op de bil en riep tegelijkertijd ‘Ammehoela!’. De handeling stond symbool voor de schop onder de kont die de koning van zijn volk had gekregen. Die betekenis kennen we tegenwoordig niet meer; in de loop ter tijd is het veranderd naar iets wat nog het meest lijkt op ‘geen sprake van’ of ‘bekijk het maar’. Maar je hoort de uitdrukking nog maar weinig. Behalve in de trein, als een meisje gevraagd wordt of ze alsjeblieft op wil staan voor een bejaarde dame. Ammehoela!

 

Column

Column: Dabben met je eten

Column: Dabben met je eten

Er was een tijd dat ik een tik op m’n achterhoofd kreeg van mijn pa als ik weer eens zat te dabben aan tafel. Tegenwoordig juichen mijn leerlingen als ik dab, o...


Boekrecensie

Boekrecensie: Dat gaat ‘m niet worden

Boekrecensie: Dat gaat ‘m niet worden

Taal is constant in ontwikkeling, bijvoorbeeld door invloeden uit het Engels of via het internet. Het mooie daaraan is, dat men altijd een momentopname zou kunn...


Woordweetje

Woordweetje: de pijp uitgaan

Woordweetje: de pijp uitgaan

Denk jij bij ‘de pijp uitgaan’ ook aan je opaatje, die gemoedelijk in zijn stoel aan z’n pijp zat te lurken voordat hij ‘de pijp aan Maarten gaf’? En dacht je d...