#maurits geerts


923 shares

Ik snap 'm niet

[intro]Familieverhoudingen zijn anno 2016 allang niet meer zo overzichtelijk als pakweg veertig jaar geleden. Bovenstaande tekst laat dat maar weer eens zien. Laat ik vooropstellen dat het natuurlijk kan: als je een relatie krijgt met de zoon of dochter van de nieuwe vrouw van je vader, dan is je stiefmoeder meteen ook je schoonmoeder. Dat kan praktisch zijn met de kerstdagen, maar ik veronderstel dat we hier toch te maken hebben met een taalvoutje.[/intro] maurits geerts     Door Maurits Geerts   Ik heb de indruk dat ik het woord stiefmoeder – en de andere varianten zoals stiefkind, stiefvader et cetera – steeds minder hoor. En dat is eigenlijk gek, want er zijn er volgens mij juist steeds meer van. Ik wijt het aan de negatieve klank die hangt om de ‘stief-woorden’. Met name de stiefmoeder komt er slecht vanaf. In de overlevering is zij doorgaans niet zomaar een stiefmoeder, maar een ‘boze’. Assepoester had er last van, Sneeuwwitje ook. Volgens Van Dale is ‘stiefmoederlijk’ dan ook synoniem met ‘liefdeloos’ en 'hardvochtig’. Ik bedenk me dat ik eigenlijk geen enkel sprookje ken met een boze stiefvader, maar dat terzijde. Ook stiefkind zijn is niet altijd leuk. Het klinkt toch als een tweederangs kind, ook al doet iedereen nog zo zijn best om niemand achter te stellen. ‘Stiefkind’ wordt ook figuurlijk gebruikt voor ‘een misdeeld persoon’. Het voorvoegsel ‘stief-‘ komt van het Middelnederlandse ‘stiep-’ of ‘steef-‘, dat ‘beroofd’ betekende. Dat sloeg natuurlijk oorspronkelijk op het kind, dat een biologische ouder verloren had. Later werd de betekenis breder gebruikt om het ontbreken van een biologische band tussen gezinsleden aan te geven. Het is logisch dat we woorden met zo’n nare bijsmaak proberen te vermijden. Als mensen die woorden nog gebruiken, gaat het negen van de tien keer over het gezin van een ander. Er zijn weinig goede alternatieven, en dan worden mensen creatief. Het apartste voorbeeld dat ik gehoord heb: “Hij heeft twee kinderen van zichzelf en twee plastic kinderen.” (Ja, écht!). Creatief is het zeker en iedereen snapt ook wat er bedoeld wordt, maar of het ook aardig is? Wat ik steeds vaker hoor, is ‘bonuskind’. Toen ik dat woord net kende, brak het angstzweet me elke keer uit als ik de Albert Heijn binnenliep. Stel je voor: je gaat naar binnen voor een fles wijn en een magnetronmaaltijd en je komt naar buiten met je boodschappen én een bonuskind. Toch vind ik het wel een charmant woord. Je krijgt een relatie met iemand die al een kind heeft en dan krijg je er dus een bonuskind bij. Ik ken mensen die daar blij van worden en dat snap ik. Zelf een kind maken en opvoeden is het eerste uur leuk, maar daarna kan het letterlijk en figuurlijk een zware bevalling worden. Ik zie de voordelen dus wel van zo’n bonuskind. Een ander heeft een flink deel van het zware werk al voor je gedaan. Het klinkt als een cadeautje. En andersom verwacht je van een ‘bonusmama’ ook wat minder snel dat ze een heks met een giftige appel achter je aan stuurt …   Heb jij mooie alternatieven voor de 'stief'-woorden? Deel ze hieronder. En o ja, heb jij een leuke column waarin je de oorsprong van een interessant of bijzonder woord uitlegt? Deel je woordweetje met ons. Gepubliceerde woordweetjes worden beloond met een superleuk Taalvoutjes-pakket. 

923 shares

Ik snap 'm niet

[intro]Mijn vriendin komt uit het buitenland en leert Nederlands. Ze kan zich soms verbazen over woorden die ik heel gewoon vind. Vorige week leerde ze het woord ‘lucifer’. Ik snap eerlijk gezegd niet waarom ze dat woord moet leren. Lucifers zijn toch een uitstervend fenomeen? Ik ben een roker, maar ik kan me niet herinneren wanneer ik voor het laatst een doosje lucifers in handen heb gehad. Wat mij betreft verdient de lucifer een plekje in de volgende uitgave van 1000 Vergeetwoorden om te koesteren.[/intro] maurits geerts  Door Maurits Geerts Lucifer betekent ‘lichtbrenger’ en stamt uit het Latijn, waar lux 'licht' en ferre 'brengen' betekent. Zo bezien is het dus geen slechte benaming. Een lucifer brengt immers licht (of vuur). Maar de betekenis van 'lucifer' is zoveel mooier in andere talen. Het is de benaming voor de Morgenster, de planeet Venus, maar ook een bijnaam voor de duivel. In de Bijbel komt het hele woord niet voor, maar we kennen Lucifer als de gevallen engel. Hij heeft een hoofdrol in Dantes Divina Commedia en in het gelijknamige toneelstuk van Vondel. Kortom, het woord roept veel associaties op. In onze eigen taal staat ‘lucifer’ voor een klein stukje hout met een bolletje zwavel op het uiteinde. Geen wonder dat mijn vriendin verbaasd was over het feit dat wij een woord met zo’n prachtige betekenis gebruiken voor zo’n simpel gebruiksvoorwerp. Natuurlijk is er ook een Nederlandser alternatief: ‘zwavelstokje’. Maar dat woord kennen we eigenlijk alleen uit het sprookje van Andersen, Het meisje met de zwavelstokjes. Verder wordt het niet gebruikt. Ik vraag me af wat er zou gebeuren als je de klassieke openingszin “Heb je een vuurtje voor me?” zou beantwoorden met: “Hier heb je mijn zwavelstokje.” Foto lucifers door Carine van der Maas Heb jij altijd al de herkomst van jouw favoriete woord willen weten? Laat het ons hieronder weten!

923 shares

Ik snap 'm niet

[intro]‘Naar iemands pijpen dansen’, ken je die uitdrukking? Vast wel! Maar wat betekent ‘pijpen’ in dit geval? Het ligt voor de hand om te denken aan broekspijpen: dansen, pijpen, benen, de associatie is snel gemaakt. Toch klopt dat niet. ‘Pijpen’ betekent hier fluiten. Naar iemands fluiten dansen, dus. Denk hierbij aan de middeleeuwse kermisartiest die zijn beer liet dansen op de melodie van zijn muziek. Als je naar iemands pijpen danst, doe je op commando precies datgene wat je gezegd wordt.[/intro] maurits geerts     Door Maurits Geerts   Deze oorspronkelijke betekenis van het werkwoord ‘pijpen’ is in de loop der tijd op de achtergrond geraakt. Die andere is gangbaarder geworden. Daar ga ik niet te veel op in - we houden het netjes. Toch, taalkundig is het natuurlijk wel interessant dat een woord twee tegenovergestelde handelingen kan uitdrukken. Hetzelfde woord kan blijkbaar zowel 'blazen' als 'zuigen' betekenen. Vaak wuif ik dit soort tegenstrijdigheden weg met het argument dat het Nederlands nu eenmaal een gekke taal is, maar in dit geval volstaat dat niet. We zien hetzelfde verschijnsel namelijk terug in het Duitse 'blasen' en natuurlijk 'blowjob' in het Engels. In tegenstelling tot het Nederlands is in deze talen de oorspronkelijk betekenis niet vergeten. Beide woorden zijn nog steeds gangbaar in de betekenis van 'blazen', naast de betekenis die we hier bedoelen. Een goede verklaring heb ik eerlijk gezegd niet. Een betekenis die in één taal verschuift, kan een misverstand zijn. Een verschuiving die we in meerdere talen zien, krijgt het karakter van een patroon. Dit woordweetje is dus tegelijk ook een woordvraagje. Wie het weet, mag het zeggen! Heb jij altijd al de herkomst van jouw favoriete woord willen weten? Laat het ons hieronder weten!

923 shares

Ik snap 'm niet

[intro]Doe je weleens boodschappen? Dan doe je iets verkeerd! Het woord zegt het al: boodschappen moet je laten doen, door je personeel, je bode.[/intro] maurits geerts     Door Maurits Geerts   Het woord ‘boodschap’ betekent letterlijk: een taak voor een bode. Boodschappen moet je dus niet zelf doen, die moet je laten doen. De herkomst van het woord spreekt hier voor online shoppen. Laat het maar bezorgen, want dat is de ultieme invulling van ‘boodschappen’. De herkomst van het woord verklaart ook waarom ‘boodschap’ verschillende dingen kan betekenen. Een boodschap kan een bericht zijn dat aan iemand afgeleverd dient te worden. Dat doet de postbode voor ons. Het ophalen of aannemen van levensmiddelen lieten we in het verleden graag over aan de dienstbode. In veel stadhuizen tref je nog een bode aan, die bij bruiloften en partijen moet zorgen dat alle praktische zaken geregeld zijn. Soms heet hij tegenwoordig facility coördinator of host, maar in het Nederlands is het nog steeds gewoon een bode. We komen het woord ‘boodschap’ ook tegen in de uitdrukking ‘een kleine of grote boodschap doen’, waarmee een bezoek aan het kleinste kamertje wordt aangeduid. Dat is uiteraard een eufemisme. Het klinkt beter dan ‘ik moet poepen’. Het wegbrengen van bepaalde zaken kan een bodedienst zijn, maar in dit geval is het geen taak die we in vroeger dagen aan ons personeel over konden laten. Af en toe hoor ik nog iemand op de mededeling "Ik ga even naar het toilet" antwoorden: "Dat moet je toch echt zelf doen." En zo is het! Heb jij altijd al de herkomst van jouw favoriete woord willen weten? Laat het ons hieronder weten!

923 shares

Ik snap 'm niet

1000-vergeetwoorden-om-te-koesteren[intro]‘1000 vergeetwoorden om te koesteren’ door Nelleke Noordervliet is een fijn boek, een warm bad voor de liefhebber van het Nederlands. Een verzameling van Nederlandse woorden die in de vergetelheid dreigen te raken, of dat al zijn. [/intro] Door Maurits Geerts Dit is geen leesboek. Dit is een boekje dat je af en toe openslaat, om op elke pagina wel een mooi oud woord te vinden, waar je blij van wordt: struweel, helegans, doerak. De basis voor het boekje is een actie van de Taalstaat op Radio 1, waarbij mensen woorden kunnen adopteren. Ik vind dat een heel mooi idee. Laten we proberen om die mooie oude woorden in leven te houden! Zo bezien is de titel van het boek misschien niet zo goed. Bij ‘vergeetwoorden’ denk ik aan woorden om te vergeten. Ik zou ze liever ‘Onthoudwoorden’ noemen, of, om dichter bij de titel te blijven, ‘Koesterwoorden’. Mijn suggestie voor de volgende uitgave: ‘1000 koesterwoorden om niet te vergeten’. Sommige woorden mogen van mij best vergeten worden. Wat moeten we nog met het woord ‘diskette’? Ik voel mee met degene die dit woord heeft geadopteerd. Hoe gaat hij of zij dit woord nieuw leven inblazen? “Ga je mee naar boven, dan laat ik je mijn diskette zien”? Dat lijkt me een ‘vergeetwoord’. Benieuwd naar meer? Lees dan de column 'Woordmoord' van Nelleke Noordervliet over vergeetwoorden!
Is dit boek wat voor jou? JA: Als je van de Nederlandse taal houdt, en niet te bang bent om af en toe wat gedateerd over te komen. Koester die woorden, hipsters! NEE: als je niets met taal hebt, hoef je dit niet te lezen.
Auteur boek: Nelleke Noordervliet Uitgever: Van Dale Uitgevers Jaar: 2015 Aantal pagina's: 160

923 shares

Ik snap 'm niet

[intro]In een van onze eerdere woordweetjes gaven we een verklaring voor de woorden 'straatarm' en 'steenrijk'. Voor ‘steenrijk’ gaven we een aannemelijke verklaring, die op diverse plaatsen te vinden is: in de middeleeuwen konden de welgestelden zich stenen huizen veroorloven, terwijl de minder bedeelden het moesten doen met houten onderkomens. Dat klonk goed, maar er blijkt toch een klein probleempje te zijn.[/intro] maurits geerts     Door Maurits Geerts De oudste vermelding van het woord 'steenrijk' in een Nederlandse tekst stamt uit de negentiende eeuw. Dat is rijkelijk laat voor een woord dat zijn oorsprong zou moeten vinden in de middeleeuwen. Het is denkbaar dat een middeleeuwse uitdrukking eeuwenlang mondeling is overgeleverd en pas laat aan het papier is toevertrouwd, maar erg waarschijnlijk is dat niet. Het geheim zit in de klemtoon. We zeggen nu 'steenríjk', met de klemtoon op '-rijk', maar wat als we de klemtoon leggen op 'steen-': 'stéénrijk', ofwel 'rijk aan stenen'. Edelstenen in dit geval. Het Duitse woord steinreich werd oorspronkelijk in de geologie gebruikt voor bodems die rijk waren aan (edel)stenen, en later overdrachtelijk voor mensen die zich sieraden belegd met edelstenen konden veroorloven. Zij waren stéénrijk. Een leenwoord van onze oosterburen, dus! Naar de letter is 'steenrijk' wellicht nu nog van toepassing op onze koningshuizen en het doet me denken aan Liberace … Glitter, glamour, edelstenen, diamanten, dat is steenrijk! Geen bakstenen huis, maar blingbling. Succesvolle rappers zijn waarschijnlijk steenrijk, als ze diamanten in hun tanden laten zetten. De status van 'steenrijk' is van alle tijden. Edelstenen zijn een symbool van rijkdom en welvaart, nog steeds. Heb jij altijd al de herkomst van jouw favoriete woord willen weten? Laat het ons hieronder weten!