#Maar zo heb ik het geleerd


923 shares

Ik snap 'm niet

Maar zo heb ik het geleerd - Wouter van Wingerden[intro]“Wouden zijn bossen!” “Je mag nooit een komma schrijven voor ‘en’!” “Een aantal is enkelvoud!” Je hoort het je docent Nederlands nog roepen. Maar taal verandert en een aantal van de regels die je vroeger geleerd hebt, zijn al lang niet meer van toepassing. Wouter van Wingerden zoekt in Maar zo heb ik het geleerd! vijftig hete hangijzers tot op de bodem uit. Zodat je door de bomen het woud ... eh ... bos ineens weer ziet.[/intro] Door Fieke van der Perk We kunnen natuurlijk niet om dit boek heen, aangezien er een prachtige quote van onszelf op de achterflap staat:

"Maar zo heb ik het geleerd! is Genieten met een grote G voor iedereen die ook maar een beetje liefde voor taal voelt. Een boek dat je wilt (of is het wil?) lezen!”

Gelukkig hebben we hier wat meer ruimte om uit te leggen waarom we dit leesvoer zo gaaf vinden. Wouter van Wingerden wilde iets doen aan halve waarheden en hele leugens over het Nederlands, zo is te lezen in het voorwoord. Daarom heeft hij een enquête uitgezet, die door bijna 17.000 mensen is ingevuld. Leuk feitje: de oproep op onze eigen Facebookpagina leverde de meeste deelnemers op. Dus eh, bedankt nog! De resultaten zijn op een fijne, vlot leesbare manier gebundeld in dit boek en de vijftig hete hangijzers worden uitgebreid besproken. Van Wingerden begint met de resultaten van zijn enquête, waaruit blijkt welke vorm of schrijfwijze het meest aanspreekt of het meest correct bevonden wordt (en dat is lang niet altijd dezelfde), gevolgd door een uiteenzetting van wat experts zeggen, hoe het precies zit en wat je kunt onthouden om het de volgende keer helemaal goed te doen. Zo vindt 31% alleen 'een heel fijne vakantie correct' en slechts 10% 'een hele fijne vakantie', maar geeft wel het merendeel de voorkeur aan de laatste variant. En wat vertellen de experts? Dat allebei de varianten mogen, zij het dat 'heel' beter is in formele teksten. Van Wingerden geeft geen droge opsommingen van de resultaten van zijn onderzoek, maar schrijft op een boeiende en verklarende manier over taalconstructies. Zo vindt hij soms opvallende verschillen tussen Nederlanders en Vlamingen of tussen jongeren en ouderen. Het boek leest heerlijk weg en zorgt ervoor dat je weer helemaal up-to-date bent!
Is dit boek geschikt voor jou? JA: Als je wilt weten hoe het nu écht zit en een weerwoord wilt hebben tegen al die vervelende mensen die voor alles een taalregeltje klaar lijken te hebben, dan is dit boek echt iets voor jou. NEE: Als taalverbeteraars niet op je zenuwen werken en je niet gelooft in taalverandering, dan kun je dit boek wellicht beter overslaan.

Een voorproefje:

https://issuu.com/vbku/docs/9789460773266_biw_inkijk Auteur: Wouter van Wingerden Uitgeverij: Van Dale Jaar: 2017 Pagina’s: 144 Meer van Wouter van Wingerden: [line] Wouter van Wingerden door Jan ArsenovicWouter van Wingerden doet naar eigen zeggen ‘iets met taal’. We durven dat wel een understatement te noemen: hij schreef columns voor Nu.nl, werkte bij het Meertens Instituut én was taaladviseur bij Onze Taal. Vorig jaar verscheen het boek Dat hoor je mij niet zeggen! met de mooiste taalclichés die hij samen met Pepijn Hendriks dertien jaar lang verzamelde. Vorige maand schreef hij voor Taalvoutjes de column Stokpaardjes van schoolmeesters over zijn bevindingen met deze hete hangijzers in de taal én hij schreef een column voor Taalvoutjes - het boek 4. Al eerder schreef hij de column ‘Dat scheelt weer een postzegel‘ en ‘Het ruikt nu al lekker!‘ voor ons. Lees meer over Wouter

923 shares

Ik snap 'm niet

[intro] "Ik heb een cadeau gehad." "Hoezo, heb je het dan nu niet meer?" "Ik wens je een hele fijne vakantie!" "Geen halve, mag ik hopen." [/intro] Door Wouter van Wingerden Had of heb jij ook zo’n ‘grappige’ vader? Of moeder, broer, zus, partner of anderszins? Zo’n wijsneus die het beter denkt te weten en jou fijntjes op je gebrekkige taalgebruik wijst, niet één keer, maar telkens weer? Mensen waartegen – o nee, tegen wie – je haast niets meer durft te zeggen omdat ze hun talige stokpaardjes maar blijven berijden. ‘Schoolmeesters’ noem ik ze. Van het ouderwetse soort, want ze geven je een flinke tik op de vingers om elke komma voor 'en', elk meervoud bij 'een aantal' en elk zwaar bij 'wegen'. Het zijn geen handvaten maar handvatten, de reizigers worden niet verzocht en je print wel iets, maar niet uit. En o, wat zijn ze trots als ze je daarmee terechtgewezen hebben! Ze hebben het tenslotte zo geleerd, vroeger op school. Helaas voor die grappige vader, betweterige broer en bijdehante tante, voor de krampachtige collega en de pedante partner: ze hebben vaak helemaal geen gelijk. Nu niet, en vaak zelfs vroeger al niet. Want veel van zulke regels zijn geen harde waarheden. Soms zijn het pure verzinsels! Zo zitten we dankzij de taalkundige Christiaen van Heule al sinds 1625 opgescheept met de onnatuurlijke hen/hun-regel: ‘hun’ is meewerkend voorwerp (“Ik geef hun een fles wijn”), ‘hen’ lijdend voorwerp (“Ik zie hen”). In de achttiende eeuw bedacht iemand dat “de vrouw waarmee hij wilde trouwen” niet meer mocht. Dat wouden slordiger is dan wilden, is een negentiende-eeuws oordeel. En de regel dat een aantal mensen zijn fout zou zijn, is pas in de twintigste eeuw verzonnen – en massaal verspreid. Zonder goede reden, maar inmiddels fel verdedigd. Dezelfde schoolmeesters berijden ook triomfantelijk hun stokpaardje van het ‘logisch’ denken: "Mijn zus is vegetarisch." "Huh? Ik dacht dat ze van vlees was?" "Heb je dan geen honger?" "Nee." En in dat laatste geval dan verbaasd zijn dat je niets te eten krijgt, omdat je heel koppig wiskundig redeneert: geen honger + nee = wel honger. Zo werkt taal niet. Wie dat wel denkt en vooral wie dat stug aan anderen opdringt, bemoeilijkt de communicatie tussen mensen en ziet taal ten onrechte als iets statisch, als iets waarin alles zwart-wit is, waarin geen variatie kan en mag voorkomen. Als dat laatste echt het geval was, was het Nederlands morsdood. Dus volgende keer als er weer iemand elk overbodig ‘om’ wil schrappen, 'omdat' in 'doordat' wil veranderen of zegt dat het 'heeft gedaan' moet zijn omdat 'gedaan heeft' Duits zou zijn, sla ze dan om de oren met wat je in Maar zo heb ik het geleerd! hebt gelezen. Want dan weet je écht hoe het zit: dat het Nederlands veel ruimhartiger is dan sommige mensen zouden willen. En als je toevallig zélf een ‘schoolmeester’ bent die na deze column nog troost nodig heeft: nee, niet alle oude vertrouwde normen hoef je overboord te gooien. Hun hebben, groter als, overnieuw, het boek wat, de media is: er zijn klassieke taalfouten die we met z’n allen nog steeds écht fout vinden. Geniet ervan zolang het kan. [line] Wouter van Wingerden door Jan Arsenovic Wouter van Wingerden doet naar eigen zeggen ‘iets met taal’. We durven dat wel een understatement te noemen: hij schreef columns voor Nu.nl, werkte bij het Meertens Instituut én was taaladviseur bij Onze Taal. Vorig jaar verscheen het boek Dat hoor je mij niet zeggen! met de mooiste taalclichés die hij samen met Pepijn Hendriks dertien jaar lang verzamelde. Op 7 juni 2017 verscheen zijn boek Maar zo heb ik het geleerd! waar de vijftig heetste hangijzers in de Nederlandse taal aan bod komen.   [line] WINNEN! We mogen vijf exemplaren weggeven van Wouter van Wingerdens nieuwste boek Maar zo heb ik het geleerd!. Laat in een reactie hieronder weten welke taalregel er bij jou op school zo ingestampt is dat je deze nooit meer zult vergeten. Wie weet valt het boek dan binnenkort bij jou op de mat! Meer zien? Blader door het inkijkexemplaar of bestel het boek:  https://issuu.com/vbku/docs/9789460773266_biw_inkijk [line]

Wil je zelf je taaloverdenkingen terugzien op onze site? Stuur je column in.


923 shares

Ik snap 'm niet

Foto door Jan Arsenovic

Kijk naar je eigen!

Leedvermaak is zo oud als de mensheid. We vinden het heerlijk om te lachen om andermans stommiteiten. Het deed het vroeger al goed op tv en het halve internet hangt er inmiddels van aan elkaar – op YouTube vind je eindeloze reeksen bloopers, valpartijen en pijnlijk afgestrafte stoerdoenerij. Taalvoutjes is … Tja, wat zijn we? Je leest het in Taalvoutjes - het boek 4.

Wouter van Wingerden

Wouter van Wingerden doet naar eigen zeggen ‘iets met taal’. We durven dat wel een understatement te noemen: hij schreef columns voor Nu.nl, werkte bij het Meertens Instituut én was taaladviseur bij Onze Taal. Vorig jaar verscheen het boek Dat hoor je mij niet zeggen! met de mooiste taalclichés die hij samen met Pepijn Hendriks dertien jaar lang verzamelde. Op 7 juni 2017 verscheen zijn boek Maar zo heb ik het geleerd! waar de vijftig heetste hangijzers in de Nederlandse taal aan bod komen. Ruim 17.000 mensen, waaronder véél Taalvoutjesfans, lieten weten wat ze vonden van zaken als 'hij wilt', 'hun hebben', 'uitprinten' en 'een aantal zijn'. Het resultaat is een mix van strenge oordelen, verrassingen en verfrissende inzichten die sommige 'schoolmeesters' zal leren dat niet alles wat ze hebben geleerd ook daadwerkelijk klopt.
‘Taalmist trekt op dankzij Wouter van Wingerden’ - Frits Spits Genieten met een grote G voor iedereen die ook maar een beetje liefde voor taal voelt. Een boek dat je wilt (of is het wil?) lezen!’ - Vellah Bogle, Taalvoutjes

Blader door 'Maar zo heb ik het geleerd!':

https://issuu.com/vbku/docs/9789460773266_biw_inkijk Wouter schreef al eerder de column 'Dat scheelt weer een postzegel' en 'Het ruikt nu al lekker!' voor ons. Meer van Wouter van Wingerden: