Ik snap 'm niet
[intro]Dialecten, ik heb er een zwak voor. Een gekte, ik weet het, maar ik kan hem verklaren. Ik heb een Amsterdamse moeder en een vader uit Mijdrecht, die het leger in ging. Ze woonden daarom in Soest, waar mijn zus en ik geboren werden. Ik zou dus Soesters moeten praten met een vleugje Mokums en een tikje Utrechts. [/intro]
Door: Ivar Bos
Maar nee, op mijn twaalfde veranderde de situatie drastisch: we
verhuisden naar Tilburg. Na één schoolweek in groep 8 was de hele wereld kei. Keileuk, keigezellig, keiveel, keizeer. Houdoe en sebiet waren ook snel geprogrammeerd. Ons pap en mam verbaasden zich, want ik was de enige die het
kortste dialect van Nederland meteen oppakte. Ik wilde me als puber natuurlijk aanpassen
en snel ook. Op logeervakantie bij mijn vrienden in Soest dachten ze al dat ik Vlaams
sprak.
De eerste keer carnaval was een grote stap in mijn Tilburgse
taalbeleving. Daar stonden we dan als gezin (onverkleed!) langs de kant van D’n Opstoet te kijken naar al die
praalwagens met teksten die leuk zouden moeten zijn – als je ze begreep. Hoe
zijn jouw Tilburgs-dialect-skills? Probeer deze eens. ‘Zunwer stiekum tussenèùt knèèpe?’, ‘Ge zèèt un frikandel, mar wel un hille speciaole’, ‘Worde gij nôot muug van oe èège?’.
Sinds 2005 worden er met carnaval jaarlijks kaartjes (Kwèèkers) uitgebracht met Tilburgse
teksten, wat smullen geblazen is. Ook de local
heroes Ferry van de Zaande en Fred van Boesschoten dragen bij aan dit
Tilburgse erfgoed. Luister op YouTube maar eens naar het fragment ‘Ferry van de
Zaande – Dating’. Je schrikt je waarschijnlijk lam, wat een lelijke taal! Ik
geef toe: dat is het inderdaad. Maar dat is tegelijkertijd de charme van een
dialect. Of het nu om Tilburgs gaat of Twents, Nijmeegs, Hollands, Achterhoeks,
Rotterdams, Zeeuws, Limburgs, ze hèn bèj
mèn ammòl un stripke veur.
Heb jij ook een leuk, mooi of grappig persoonlijk verhaal te vertellen over taal? Stuur je column in en maak kans op een Taalvoutjes-pakket!