Column: Kleine Jantje

Erotisch familiediner

‘Kleine Jantje ook niet bang,

Stak zijn lul door het behang.’


Door Jan Lenferink

 

De eerste keer dat ik dit rijmpje hoorde, zat ik naast Rijk de Gooijer op een Amsterdams terras. Ik beschouwde het als een compliment, vooral toen hij mij drie borrels later toevoegde: “Ome Jan de pederast was een graag geziene gast.” Ik zei: “Dat wil ik op mijn grafzerk. Hoeveel kost me dat?” Qua copyright bedoelde ik. Leuke humor moet betaald. Rijk legde me uit dat die citaten afkomstig waren uit een schuin gedicht dat in zijn jonge jaren op feestjes, tussen de jazz, de Franse chansons en goedkope rode wijn, werd voorgedragen. Scholieren, studenten en geile adolescenten schreven de declamatie over en gaven die weer door aan andere schuinsmarcheerders.

De originele tekst had Rijk niet meer. Een regel, een flard, wilde hem nog weleens te binnen schieten. Wie was de auteur? Rijk haalde zijn schouders op. En ik ging op onderzoek uit. Op een advertentie in een weekblad was de respons nihil. Letterkundige & historische instituten wisten ook van niets. Leeftijdgenoten van De Gooijer, levenslustige superbejaarden, wierpen me soms een kruimeltje toe. Peter van Straaten kon uit zijn hoofd zomaar een paar strofen citeren, die ik nog niet kende. De titel van de voordracht luidde Erotisch Diner, dacht hij. En de naam van de auteur? “Zou het geen studentengrap kunnen zijn van Godfried Bomans?” Naspeuringen in Haarlem leverden niks op.

Niet zo lang geleden at ik met een paar goeie vrienden die, om verschillende redenen, ook al met één been in het graf staan. Onderwerp van gesprek: de dood. Meer specifiek de advertentie in de krant, maar vooral de tekst op de zerk of op de vaas met as. Mijn disgenoot, een bijna overleden Engelse dichter met een los bovengebit, citeerde zijn beroemde landgenoot, de komiek Spike Milligan: “I told you I was ill.” Briljant! Er ging een groot gejuich op. Bescheiden serveerde ik mijn pederastieve suggestie uit (zie boven). De reactie was gemengd. De gastvrouwe keek me strak aan en ik vreesde dat ik in de hoek moest. Ik legde uit dat ik een literair citaat had opgehoest, dat stamde uit de duistere jaren 50.

“Vent, je bent gederailleerd! Is het uit met dat geflikker, lelijke spinaziepikker?”

Haar ruwe taalgebruik verraste iedereen een beetje. Zij is van goeden huize en onbesproken gedrag. Het werd stil in de salon. Ze liep naar het dressoir en trok een lade open. Met een dramatisch gebaar haalde ze een rol papieren tevoorschijn. Ze draaide zich weer om naar haar gasten en schraapte haar keel. En toen – u raadt het al –  sprak ze met het aplomb van een voordrachtskunstenares de titel uit van het gedicht waar ik al jaren naar op zoek was.

EROTISCH FAMILIEFEEST

(het eerste couplet van het gedicht dat maar liefst 240 regels bevat)

Tante Kee en Tante Betje

Organiseren een saletje

Ze zijn aan het delibereren

Hoe men zich zal amuseren

Beide dames voelen het meest

Voor een klein erotisch feest

En de hele parentatie

Krijgt thans fluks een invitatie
 

Weet u meer van dit gedicht? Is de auteur u bekend? Laat het ons weten!

En lees hier de rest van het gedicht.

 

Column

Column: Dat scheelt weer een postzegel

Column: Dat scheelt weer een postzegel

Elke taal heeft ze: standaardzinnen die je gebruikt in alledaagse situaties. ‘Zo vind je nog eens wat’, ‘Het kan nooit ver meer zijn’ en ‘Ik zal blij zijn als h...


Woordweetje

Woordweetje: Stiefmoeder

Woordweetje: Stiefmoeder

Familieverhoudingen zijn anno 2016 allang niet meer zo overzichtelijk als pakweg veertig jaar geleden. Bovenstaande tekst laat dat maar weer eens zien. Laat ik ...


Column

Het kofschip uitgelegd

Het kofschip uitgelegd

Natuurlijk heb je er wel eens van gehoord (met een d): het kofschip en het fokschaap. Maar wat kon je er ook alweer mee? Het was iets met een d en een t en de v...


Column

Column: aptoniemen

Column: aptoniemen

Misschien is het je weleens opgevallen: een heel toepasselijke en grappige combinatie van iemands achternaam en het beroep dat hij uitoefent. Meneer van der Wie...