Boekrecensie: Het Groot Nederlands Vloekboek

Fuck yes, eindelijk een boek dat ons leert om vaardiger te vloeken en slimmer te schelden! Het Groot Nederlands Vloekboek geeft een vrolijke verkenning van onze taal. Het neemt ons mee op een duizelingwekkende tocht langs allerlei aspecten van vloeken en schelden in de Lage Landen en ver daarbuiten. Aanstootgevend taalgebruik, zoals vloeken, scheldwoorden, verwensingen en ander onaardigs: het komt allemaal aan bod. 

Door Susan Muskee

En voor wie nu roept dat een vloekboek over vloeken hoort te gaan en niet over schelden, is er een passend antwoord: Fuck off. Want dit boek is leuk. Niet omdat vloeken en schelden zozeer leuk is (oké, toegegeven, ik ben geregeld grof in de mond en hoopte heel misschien stiekem nog wat smeuïge aanvullingen op mijn vocabulaire te vinden), maar vooral omdat het ontzettend interessant is. Vloeken en scheldwoorden geven inzicht in de samenleving, in onze geschiedenis en in de werking van ons taalbrein. Schrijvers Willem van Beylen, Robbe Verlinden, Marten van der Meulen en Fieke van der Gucht behandelen in elk van de twintig hoofdstukken een vloek, scheldwoord of anderzijds scabreuze taaluiting die in het Nederlands terug is te vinden. Van belhamel tot kloothommel en van teef tot randdebiel, iedere verwensing wordt gelegd langs een meetlat dat de ‘scheldschade’ aantoont. Vergezeld door kleurrijke tekeningen wordt de herkomst van iedere taaluiting uiteengezet. Daarnaast zorgen weetjes over bijvoorbeeld de klank van scheldwoorden en of je beter pijn kunt verdragen als je vloekt voor een interessante afwisseling.

Twintig hoofdstukken is eigenlijk veel te weinig voor een boek als dit. De Nederlandse taal is zóveel vloeken en verwensingen rijk, dat het eigenlijk zonde is om er slechts twintig uit te lichten. Want waarom roepen we wel “Jezus Christus!” maar niet “Jannes Krijgsma!” als die laatste parkeerplek net voor onze neus in wordt gepikt terwijl we al drie rondjes over het parkeerterrein hebben gereden? Is het de klank of toch de betekenis? Waar komt het woord ‘schobbejak’ vandaan en waarom gebruiken we het vandaag de dag niet meer? Ik heb zo het idee dat Het Groot Nederlands Vloekboek nog minstens vijf vervolgedities zou kunnen krijgen.

Tot slot doet Het Groot Nederlands Vloekboek zijn naam eer aan, want groot is ook echt groot. Met een afmeting van 31,5 x 25 x 2 cm en een oranje hardcover is het een imposant voorwerp om in je boekenkast te hebben staan. En je hebt meteen een groots cadeau om een fucking goede beurt te maken op de verjaardag van je lievelingsoma.

PS ook leuk: er is zelfs een Groot Vlaams Vloekboek!

Is dit boek geschikt voor jou?

JA: als je godbetert nu eindelijk weleens nieuwe krachttermen wilt leren om uit het raam te roepen als die achterlijke gladiool van een buurman op zaterdagochtend wéér om godvergeten half acht begint met boren.

NEE: als je lid bent van de Bond tegen Vloeken en genoeg hebt aan het roepen van “potjandorie!” als je je kleine teen stoot aan die tyfustafelpoot.

Auteurs: Willem van Beylen, Robbe Verlinden, Marten van der Meulen, Fieke van der Gucht
Uitgeverij: Lannoo
Jaar: 2018
Aantal pagina’s: 272

Hebben?

Video

Video: ‘t kofschip

Video: ‘t kofschip

‘t kofschip, ‘t fokschaap – of, zoals het tegenwoordig heet:  ‘t kofschiptaxietje, ‘t sexy fokschaapje of xtc-koffieshopje. Zoveel...


Video

Video: discriminerend taalgebruik

Video: discriminerend taalgebruik

Hoe spreken we onze ‘anders gekleurde’ medemens aan? Kees van Kooten en Dr.Kipping zoeken het uit in ‘Keek op de Week.’...


Column

Quiz: Vaarwel 2020!

Quiz: Vaarwel 2020!

Oliebollen eten, aftellen en sterretjes afsteken. Het is oud en nieuw! Maar we gaan 2020 natuurlijk niet zomaar achter ons laten. Daarom nog een laatste quiz!...


Boekrecensie

Boekrecensie: Straatpraat

Boekrecensie: Straatpraat

Wat is die tori? Jiska Duurkoop verdiepte zich in (de wereld van) straattaal en verzamelde haar observaties en inzichten in het boek 'Straatpraat'....