Boekrecensie: Atlas van de Nederlandse taal

Een atlas. Dat is toch zo’n enorm boek dat je altijd naar je aardrijkskundelessen moest slepen? Klopt helemaal. Maar deze atlas vertelt een ander verhaal. Het verhaal van de Nederlandse Taal. Een boek boordevol feiten en weetjes over onze prachtige taal. Saai? Helemaal niet: door de hoeveelheid aan kaarten (vandaar ‘atlas’), infographics en kleurige tekeningen is deze Atlas van de Nederlandse Taal een lust voor het oog.

Door Stefanie Meijers

Als je het enorme boekwerk openslaat, zie je meteen in de inhoudsopgave een hele waslijst aan vragen over de Nederlandse taal. ‘Wat is het verschil tussen een standaardtaal en een dialect?’, ‘Hoe prik je het taalgebruik van Nederlandse politici door?’ en ‘Waarom maak je dt-fouten en waarom ergeren anderen zich daaraan?’ zijn een paar vragen waar uitgebreid antwoord op wordt gegeven. Aan dialecten worden een paar hoofdstukken gewijd; het Nederlands heeft er dan ook nogal wat. Via een prachtig getekende vlinderkaart kun je zien welke streektaal waar wordt gesproken. En dat is nog maar een van de vele kaarten die de atlas rijk is.

Je hoort vaak: “Nederlands is heel moeilijk om te leren!” Waarom is dat zo? De Atlas gaat er diep op in. Van de herkomst van spellingsregels, tot waarom we niet schrijven zoals we spreken: zelfs doorgewinterde taalliefhebbers komen veel te weten. Zo weet ik nu dat mijn achternaam in de top 10 van Nederlandse achternamen staat. Meijer(s), de Jong, Jansen, de Vries: een grote eenheidsworst. En ik maar denken dat ik speciaal was. Bedankt, schrijvers.

Over de schrijvers gesproken: dat zijn allemaal taalkundigen en wetenschappelijk journalisten. Dan denk je al snel dat het boek vol met moeilijke woorden staat, maar niets is minder waar. De Atlas van de Nederlandse taal is heel toegankelijk en moet lekker op een koffietafel liggen, om af en toe even door te kunnen bladeren. Ook ongemakkelijke feestjes zullen er ongetwijfeld mee worden opgefleurd. Als het stil valt, kun je de atlas erbij pakken om met fun facts te strooien. Gespreksstof gegarandeerd. En daar is taal dan ook voor.

Het is een grote atlas, dus niet erg praktisch voor mee op vakantie. Waarom dan nu toch dat flinke boek snel in huis halen? Welnu: kijkt je man/vader/vriend/huisgenoot de hele dag naar ‘de tour’ rond de zomer? Dan pak jij gewoon de atlas erbij. In ‘Waarom wielrenners nooit de deur mogen dichtdoen (en graag in een zetel zitten)?’ wordt het fijne van pelotonjargon uitgelegd. Weet jij ook waarom die mannen elkaar de hele dag uit hol rijden. Doorperen maar.
Maar ook als je helemaal niet van wielrennen houdt, is de atlas een heerlijk boek om te lezen. Zelfs als je naam niet in de top 10 van Nederlandse achternamen staat.

Is dit boek geschikt voor jou?

JA: Je was gek op aardrijkskunde en houdt van enorme boeken. Maar meer nog houd je van de Nederlandse taal. Je kunt er geen genoeg van krijgen. 

NEE: Je spreekt helemaal geen Nederlands, maar Vlaams. Dan is het boek toch geschikt voor je: er bestaat namelijk ook een Vlaamse editie!

Auteur: Mathilde Jansen, Nicoline van der Sijs, Fieke van der Gucht en Johan de Caluwe
Uitgeverij: Lannoo
Verschenen: 2017
Pagina’s: 272

Hier te bestellen:

Column

Oproep: deel jouw anglicismen!

Oproep: deel jouw anglicismen!

Veel mensen storen zich aan de anglicismen die welig zouden tieren in onze taal. Met name in het bedrijfsleven lijken werkgevers en werknemers een patent te heb...


Column

Welkom op Taalvoutjes!

Welkom op Taalvoutjes!

Welkom op de website van Taalvoutjes! Voutjes, dat schrijf je toch met een f? Niet volgens ons, Inger Hollebeek en Vellah Bogle, oprichters van Taalvoutjes. Beg...