#Vinnie Ko


923 shares

Ik snap 'm niet

  [intro]“Nederlands is echt heel moeilijk om te leren!” Hoe vaak heb je dat wel niet gehoord of zelf gezegd tegen iemand die de taal niet spreekt. Waarom het dan zo moeilijk is, dat weten we dan meestal niet: je spreekt de taal immers zelf. Je gooit ‘er’ tussen zinnen, want dat hoort er nu eenmaal bij. Je weet dat je niet op de kantine eet, maar in de kantine. Dat is gewoon zo. Voor Vinnie Ko, een Koreaanse student in Nederland, is dat helemaal niet zo. In ‘Met hartelijke groente: Nederlands door Koreaanse ogen’ laat Vinnie precies zien hoe raar onze taal is, en waarom het zo moeilijk is om te leren.[/intro] Door: Stefanie Meijers Het boek bestaat uit columns die eerder verschenen in de Groene Amsterdammer en een aantal nieuwe verhalen. In de allereerste column leert Ko dat 'dankjewel' een essentieel woord is in de Nederlandse taal. Vanaf daar neemt hij je mee op zijn reis door Nederland (via broodjes kroket en Sinterklaas) en de Nederlandse taal (je vriend is je vriendje, niet een vriend). De columns zijn ontroerend: je voelt het onbegrip van Vinnie bij zijn pogingen om iets van het Nederlands te maken. Maar het zijn goede pogingen, want Vinnie leert de taal ontzettend snel. Pas wanneer je het boek dichtdoet, en Vinnie je naakt met een bos tulpen voor zijn kruis aankijkt, besef je dat je een boek leest van een jongen die pas een paar jaar hier woont. De beste man maakt grapjes bij de vleet: hij heeft de taal inmiddels helemaal onder de knie. ‘Met hartelijke groente’ is een fijn boekje om je te verwonderen over de onlogica van de Nederlandse taal. De meeste ‘taalvanaten’ (jullie ja, beste lezers van Taalvoutjes) zien alleen wát er fout is. Maar uitleggen waarom iets fout is, is veel lastiger. En dat is precies wat Vinnie steeds tegenkomt in zijn boek. Zelfs de lerares Nederlands zegt: “Dat is nu eenmaal zo!” En zo is het maar net, lieve Vinnie. Nederlands: dat is nu eenmaal zo. Maar blijf het alsjeblieft vragen, want het levert fantastische verhalen op!
Is dit boek geschikt voor jou? JA: Je vindt het leuk om mensen onze prachtige, rare taal te leren, maar weet niet zo goed hoe dat moet. Vinnie laat je zien hoe je dat het beste kunt doen.  NEE: Je hebt al voor de zoveelste keer ‘De groeten van Knorr’ ingestuurd naar Taalvoutjes en wilde bij het lezen van deze titel ook meteen schreeuwen dat het fout was.
 
Auteur: Vinnie Ko
Verschenen: 2016 Pagina's: 172

Hebben? Je bestelt 'm hier:


923 shares

Ik snap 'm niet

[intro]Mijn eerste kamer in Nederland is bij een International Student House in Groningen, een speciale studentenwoning die door de universiteit is geregeld voor nieuwe buitenlandse studenten. Die van mij ligt aan de Melkweg. Ik deel mijn kamer met een aardige jongen uit Hongkong en heb huisgenoten uit Canada, China, Australië, Polen, Zweden, Frankrijk, Duitsland en nog veel meer landen. Er worden dus heel veel verschillende talen gesproken. Wij organiseren regelmatig een international dinner waarbij we om de beurt gerechten uit ons land koken. En er zijn vaak feestjes.[/intro] Door Vinnie Ko Na een half jaar voel ik dat er iets niet goed zit. Ben ik in het buitenland? Ja, het is hier heel anders dan in mijn vaderland. Ik spreek iedere dag Engels. Ik heb veel internationale vrienden gemaakt en verschillende culturen leren kennen. Maar ben ik in Nederland? Fysiek ben ik in Nederland, maar geestelijk niet echt. Ik spreek geen Nederlands. Ik heb niet zo veel  Nederlandse vrienden gemaakt en ik weet niets over de Nederlandse cultuur. Ik ga bijna alleen om met de medebuitenlanders. Het lijkt eerder alsof ik in een aparte enclave voor buitenlanders woon die toevallig in Nederland ligt. Ik wil profiteren van het feit dat ik in Nederland ben. Nederlands leren lijkt me een goed begin en ik schrijf me in bij het Talencentrum van de Rijksuniversiteit Groningen voor ‘Nederlands voor buitenlanders niveau 1’. Om acht uur ’s avonds zit ik met zo’n dertien internationale studenten in een zaal in het Harmoniegebouw. De lerares, een aardige mevrouw van rond de zestig, vraagt ons wat we al kunnen zeggen. Er wordt geroepen: "hoi", "ja", "nee" en "gratis". Een van de dingen die ze in de eerste week behandelt, is tellen. "In Dutch, you count numbers like this: één, twee, … , éénentwintig …" "Eénentwintig? Niet twintig één?" "Waarom komt het laatste cijfer aan het begin?" "Het is nu eenmaal zo", zegt de lerares. Na een maand valt de taal nog steeds niet mee. We zijn bezig met een opdracht waarin we woorden in de juiste volgorde moeten zetten, zodat ze samen een correcte zin vormen. Er staat: ‘kopen —boek —een —ze —wil’. "Ze wil kopen een boek", zeg ik. "Nee, ze wil een boek kopen", corrigeert mijn docente. "Als je in het Nederlands een tweede werkwoord hebt, komt dat altijd op het eind." De volgende: ‘kopen —dat —boek —zegt —een —ze —wil —ze’. "Ze zegt dat ze wil een boek kopen", antwoord ik. "Nee, ze zegt dat ze een boek wil kopen", corrigeert mijn docente. "In de bijzin komen alle werkwoorden op het eind." Nederlanders houden van alles op het eind zetten, denk ik. Nederlands is zeker geen gemakkelijke taal. Na twee maanden durf ik mijn Nederlands nog steeds niet in praktijk te brengen. Op een dag zie ik dat Kruidvat een goedkope treinkaart verkoopt. Ik beslis om mijn Nederlands voor de eerste keer in de buitenwereld te gebruiken. Dit in het bijzijn van veel mensen doen, lijkt me geen optie. Op een dinsdagochtend fiets ik naar de Kruidvat in Westerhaven, dan is het daar rustig. Voor de deur blijf ik nog even zenuwachtig staan. Ik kan het! Niet bang zijn! Ik loop naar binnen. Gelukkig zijn er maar twee andere klanten en die staan niet bij de kassa. Achter de kassa staat een blond meisje. Ik zeg met een zwaar buitenlands accent: "Kan ik hebben een treinkaart?" Ze tovert een ongewone glimlach tevoorschijn. Oh shit, is het helemaal fout? Heeft ze misschien niet begrepen wat ik bedoel, of het verkeerd begrepen? Ik raak bijna in paniek. "Prima", antwoordt ze. Ze zoekt naar een kaartje en overhandigt het me. Haar glimlach blijft en is er nog steeds als ik de winkel verlaat. Op de fiets terug naar huis ben ik dolblij. Het was misschien grappig voor haar, maar ik heb mijn eerste keer overleefd! [line] vinnie-ko-ruudpos-nl_kleinerOver Vinnie Ko Waarom zit een student op zijn kamer, maar niet op de kantine? Als je slasaus over de sla doet, waarom dan geen pindasaus over pinda's? En wat is de reden dat een positief woord als 'kut' als scheldwoord wordt gebruikt? Dit zijn slechts enkele van de vele valkuilen in de Nederlandse taal waar de Zuid-Koreaanse Vinnie Ko (1990) mee te maken krijgt als hij in een Gronings studentenhuis belandt. Toch beleeft hij zoveel lol aan het leren van het Nederlands dat hij erover gaat schrijven. De Groene Amsterdammer bood hem hiervoor een vaste plek op de website.  [line] vvh9789057598272WINNEN! In 'Met hartelijke groente' zijn deze scherpzinnige, vaak hilarische columns gebundeld en aangevuld met maar liefst 29 nieuwe stukken. Een feest voor iedereen die zich wil verwonderen over de vele eigenaardigheden van onze taal. We mogen drie exemplaren weggeven van het boek! Laat ons weten welk Nederlands woord jij altijd aan buitenlanders leert en wie weet belonen we jou met het boek.   [line]  

Wil je zelf je column terugzien op onze site? Stuur je column in.