Column: Drone

Drone

Het was genieten de afgelopen dagen. Ik kon deze vakantie weer onbekommerd naar de radio luisteren en televisiekijken. Ergens had ik wel een beetje het gevoel dat ik wat nuttigers moest gaan doen. Maar dat gevoel heb ik zorgvuldig weggestopt. En ik heb weer veel heerlijks gehoord op de radio.

 Door Jannet Kuipers

Vanmiddag was dat nog het geval. Er werd iemand geïnterviewd die de naam Parcival droeg. Die naam alleen al. Ik zag meteen snuivende paarden, hoge kasteelmuren, tochtige zalen met wandkleden en een enorm houtvuur voor me. In mijn verbeelding klonk op de achtergrond een luitmuziekje en in diepe kelders rammelden onverlaten met hun kettingen. Zucht. Er was enige overeenkomst tussen de Parcival van de radio en mijn gedachtenspinsels. Deze jongen werkt namelijk in een ver weg gelegen kelder. Dit is dan wel de kelder van het CDA-hoofdkantoor. En wat hij daar doet heeft weinig met de duistere middeleeuwen te maken. Parcival werkt namelijk met drones. Hij weet hier alles van. Hij vertelde onder andere dat het heel gevaarlijk is als er een drone van een kilo uit de lucht naar beneden valt. Dat er dus dringend wetgeving noodzakelijk is. Daar heeft deze Parcival groot gelijk in, dunkt me. Ik weet niet of dit wat met het CDA te maken heeft.

Nu ik aan het schrijven ben, valt het me op dat ik geen enkele behoefte heb om het woord ‘drone’ uit te leggen. Ik heb al eens eerder geconstateerd dat het Engels bij mij toch vrij gemakkelijk binnen is gekomen de laatste jaren. Dat ik er soms zelf ongemerkt wat van door mijn Nederlandse taalsoep roer. Ik veronderstel dus dat ook bij u het verschijnsel ‘drone’ bekend is. Bij kinderen is dat zeker het geval.

Een vriend van mij is schoolmeester in het Drentse. Juist ja, daar waar de hunebedden staan en ooit de boeren de soldaten van de bisschop van Utrecht met hun hooivork vakkundig het moeras in joegen. Deze vriend houdt van alles wat met het verleden te maken heeft. Hij verzamelt ook veel. Zo heeft hij laatst een jaargang ingebonden eeuwenoude Donald Ducks weten te bemachtigen. Dolgelukkig was hij. Ik weet zeker dat hij oude sprookjesplaten op een pick-up draait. Hij moet dan ook altijd aan Doornroosje denken als hij bij zijn leerlingen de DMT, de drieminutentoets, afneemt. Daarin komt het woordje ‘doorn’ voorbij. Zijn gedachten dwalen dan, voordat hij er erg in heeft, even af bij dat kleine woordje.

Behalve die ene keer. Als door een prins gekust veerde hij op. Wat hoorde hij zijn leerling daar voorlezen? Het was echt waar, zijn leerling las geen ‘doorn’, waarmee hij mijn vriend zijn one moment of dream kon bezorgen. Nee, deze jongen las ‘drone’. Mijn vriend is daar zo van geschrokken dat hij het gebeuren woensdagsmiddags meteen op Facebook plaatste. Het riep natuurlijk een hele discussie op in onderwijsland: moesten er nu Engelse woorden in de DMT worden opgenomen of niet?

Ik ga me er niet meer druk over maken. Zolang er nog hippe jongens rondlopen die Parcival heten, ben ik gerustgesteld. Zeker als zij werken in ondergrondse kelders en nadenken over de veiligheid van de medemens. De politiek laat ik er even buiten. Wel maak ik me ietsepietsje druk over mijn kleindochter. Zal zij later nog boeken lezen? Nog sprookjesboeken? En hoe zal het met haar gaan als haar juf haar het woordje ‘doorn’ voorschotelt?

Ik moet me maar geen zorgen maken. Misschien krijgt zij later wel een meester zoals mijn Drentse vriend. Die zorgt er zeker voor dat alles uiteindelijk goed komt met de kleine meid. Ik ga alleen vanmiddag wel even naar de stad om een helmpje te kopen voor haar. Zolang Parcival nog in zijn kelder aan drones zit te knutselen en er geen wetgeving met betrekking tot drones is, bestaat nog steeds de kans dat er een drone uit de lucht valt. En ik wil voorkomen dat mijn kleindochter later het woordje ‘doorn ’als dreun leest. Voor de zekerheid neem ik ook maar een sprookjesboek voor haar mee. En omdat het het mooiste einde aan een verhaal is en omdat ik er zin in heb, eindig ik vandaag met:

‘En ze leefden nog lang en gelukkig.’

Met dank aan Parcival en mijn Drentse vriend.


Wil je zelf je column terugzien op onze site? Stuur je column in.

Woordweetje

Woordweetje: boycot en hooligan

Woordweetje: boycot en hooligan

What’s in a name? Het werkwoord ‘stieren’ zegt je ongetwijfeld niets. Toch bestaat het echt. In mijn vriendenkring althans. Stieren betekent dat je wel betaalt ...


Column

Column: Zomaar een verhaaltje

Column: Zomaar een verhaaltje

Op bezoek bij mijn vader in Portugal vroeg ik aan zijn vrouw – een Braziliaanse – waarom de Portugezen zoveel verkleinwoorden gebruiken. Ik dacht namelijk dat d...


Column

Column: Weg met de lijdende vorm!

Column: Weg met de lijdende vorm!

Zo. We beginnen even stevig. Want soms zitten er dingen in taal waar je gewoon vanaf moet. Zoals dus die akelige, ambtelijke, afstandelijke lijdende vorm. Die i...


Column

Column: Eerste keer

Column: Eerste keer

Mijn eerste kamer in Nederland is bij een International Student House in Groningen, een speciale studentenwoning die door de universiteit is geregeld voor nieuw...