Boekrecensie: Geen kip overboord

Afbeeldingsresultaat voor geen kip overboord

De Nederlandse taal kent enorm veel spreekwoorden en gezegden. Sommige daarvan kent iedereen en worden om de haverklap gebruikt, andere genieten wellicht wat minder bekendheid. Sommige spreekwoorden lijken erg op elkaar; midden in een verhitte discussie kan het dan nog weleens fout gaan. Je moet dan wel op hete eieren dansen om te zorgen dat je nog serieus wordt genomen, anders sta je straks in het collectieve geheugen gebrand als iemand die nog wel eens een steek laat liggen.

Door Jojanneke Drapers

Als BN’er wil je het waarschijnlijk onder stoelen of banken houden als die Nederlandse spreekwoorden niet je sterke kracht zijn. In het boekje Geen Kip Overboord van Heidi Aalbrecht en Pyter Wagenaar worden door BN’ers verhaspelde spreekwoorden en gezegden onder de loep gelegd. Alle onderste stenen worden boven water gehaald in dit hilarische boekje en dat gaat niet altijd met lieve koekjes: naam en toenaam worden genoemd. Ook de correcte vorm wordt benoemd, zodat de lezer ook daadwerkelijk nog wat kan leren.

Mensen die denken dat je wel echt heel dom moet zijn als je zulke fouten maakt, zullen zich na het lezen van dit boekje in de pineut gelogeerd voelen. Naast de (wellicht) usual suspects als Gordon, Patty Brard en de altijd op topsnelheid pratende Matthijs van Nieuwkerk maken ook mensen waar je het niet zo snel van zou verwachten zich aan dergelijke dingen schuldig: denk aan parlementair journalist Frits Wester, schrijver Kader Abdolah en politicus Alexander Pechtold. Hoewel bepaalde mensen toch een groter leeuwendeel van dit boekje voor hun rekening nemen dan anderen.

Je kunt natuurlijk denken: dit is klinkklare lariekoek, waarom zou ik een boekje gaan lezen met verkeerde spreekwoorden en gezegden? Hebben al deze BN’ers de klok horen luiden, maar weten ze niet hoe laat het is? Of hebben ze gewoon de intentie een modern jasje over onze taal heen te gieten? Wie het weet, mag het zeggen; tot die tijd is dit een juweeltje voor iedereen die van lachen houdt – dat lijkt me nogal klontjes.

Is dit boek geschikt voor jou?

JA: Als je ook maar zijdelings van taal houdt en graag om andere mensen lacht.

NEE: Als je alleen maar in openbare ruimtes leest en er niet van houdt om gek aangekeken te worden als je de slappe lach krijgt.

 

Auteurs: Heidi Aalbrecht en Pyter Wagenaar
Uitgeverij: Sdu Uitgevers
Verschenen: 2010
Pagina’s: 129

Meer lezen van Heidi Aalbrecht en Pyter Wagenaar?

Woordweetje

Woordweetje: Koosjer Roodkapje

Woordweetje: Koosjer Roodkapje

Een beetje taalliefhebber weet dat de woorden ‘Mokum’, ‘schlemiel’ en ‘mazzel’ ontleend zijn aan het Jiddisch, dat op zijn beurt in veel gevallen teruggaat op h...


Column

Column: Ophangen

Column: Ophangen

”Nou, ik ga maar eens ophangen”, zeg ik aan de telefoon tegen m’n moeder. Ze begint te lachen: “Wat ga je waar aan ophangen?” Stilte. Ik...


Column

Column: Kind van de taal

Column: Kind van de taal

Het lijkt niet iets wat per se aandacht verdient in het hbo, maar ik realiseer me als docent Nederlands regelmatig dat we betere schrijvers worden als we iets m...


Woordweetje

Woordweetje: Ontbijt

Woordweetje: Ontbijt

Sommigen doen het, sommigen slaan het over: het ontbijt. Heb je wel eens opgemerkt dat er met woorden die met het voorvoegsel ‘ont-’ beginnen iets vreemds aan d...